Natuurlijk
steel ik niet. Bovendien vertoon ik geen verdacht gedrag, ten minste dat dacht
ik. Maar iemand dacht daar anders over. We waren in een grote winkel, er was
echt van alles te koop. Van campingspul tot ledlampjes, en van tafelkleedjes
tot bandenplakspul. Echt ongelofelijk. Man en ik hadden verschillende
interesses. Uiteraard, ik ben vrouw, hij is man. Al bij binnenkomst gingen we
elk een kant op. Het was koud, dus de handen diep in de zakken en op onze
hoofden dikke petten. Zagen we er echt uit alsof we van alles in die zakken van
onze winterjas wilden stoppen? Schroevendraaiers passen daar niet eens in en zo’n
blauw kleed dat voor de caravan moet, kan ook niet. Iets van glas breekt en de
paraplu’s waren te opzichtig.
In
het midden van de winkel had men een stelling vol kerstspullen gezet. De tl-lampen
konden niets aan de sfeer van de goedkope kerstballen en kerstpieken toevoegen.
Het lokte niet om te kopen. Maar goed, kijken kan altijd, dat deed ik dus ook.
Ik pakte zelfs het één en ander beet om van dichtbij te bekijken. Je bent er
dan toch!
Ik
voelde me bespied. En het voelde niet alleen zo, het was ook zo. De eigenaresse
liep van gangpad tot gangpad mee en hield me wel erg goed in de gaten. Heel even
had ik de neiging om te kijken wie het spel het beste speelde. Zou ik doen
alsof ik een waxinelichtje in mijn jaszak stopte? Wel reuring op een koude
zondagmiddag. We kochten niets en pikten niets, we wensten de eigenaresse nog
een fijne dag.