Ze kwam naar me toe lopen, met haar hand
uitgestoken. Al heel lang komen ze elke zomer een paar nachtjes bij ons. Ze
zijn boven de tachtig, het lijkt oneerbiedig om naar hun leeftijd te vragen.
Nog steeds varen ze in hun kleine kajuitzeilboot, ze zeilen ook nog, als het
waait ten minste. De man had naar de kinderen ge-sms’t, “zon, geen wind”. Hun
gezondheid is prima en ze genieten van het goede leven. Ik ken hen niet goed
genoeg om te weten of zij donkere dagen in hun leven hebben gehad, maar dat zal
vast en zeker. Maar nu in deze dagen, leven zij hun leven op dezelfde relaxte
manier als de nazomerdagen in deze septembermaand.
Zij komt naar me toe lopen. Haar lieve
gezicht straalt, de lijnen zijn zacht geworden. In haar ogen zie je de kracht
van het leven. Je zou haar kunnen omschrijven met charisma, maar dat is niet
het goede woord, het is gewoon liefde die om haar heen hangt. Of wijsheid, dat
is het! De wijsheid, die spreekwoordelijk, met de jaren komt. Ik weet niet hoe
ze er aan gekomen is en of ze veel in het leven moest leren. Ze ziet er niet
getekend uit, ze heeft geen last van de diepe dalen gehad, of ze heeft ze goed
doorlopen en is er wijs uit geklommen. Dat weet ik allemaal niet, dat doet er
ook niet toe.
Ze straalt, ze is liefde, ze draagt
de wijsheid van het leven om haar heen. God heeft haar engelenhaar gegeven, van
dat zachte, glanzende licht-golvende witte engelenhaar. Zodat wij haar
gemakkelijk kunnen herkennen. Dag mooie lieve vrouw.
Hotske.