maandag 30 juni 2014

De tuin in.


Gisteren plukte ik van de nieuwe frambozenstruik de allereerste framboos. Het vruchtje werd bekeken, bewonderd ook. Met de grootst mogelijke zorg had ik bedacht hoeveel water de struik moest hebben en groot was dan ook het plezier van het piepkleine bolletje dat uitgroeide tot een framboos. Toen daarna het bleke framboosje ook nog zacht rood van kleur werd was het feest compleet. Met veel aandacht en de smaakpapillen op scherp, alsof ze voor het eerst fruit proefden, stopte ik de framboos in mijn mond.

Mevrouw Jetta Klijnsma, de staatssecretaris van sociale zaken, heeft het niet over frambozen, ze heeft het over een moestuin die er voor moet zorgen dat de AOW-er wat extra geld heeft. En dat geld opleveren doet het natuurlijk niet. Maar als het nu eens niet over geld gaat is er wel winst te behalen. Ook als je geen moestuin hebt, maar alleen een paar potten in de vensterbank, dan heb je al winst. Je hebt het plezier van het zaaien en de verwachting van het opkomen van de eerste kleine groene sprietjes. Het is heerlijk om elke dag even bij je tuintje te kijken en je plantjes te verzorgen. Je bent buiten, dat is ook al winst. Je kunt je verwonderen over het groeien van groenten en als je dan uiteindelijk verse sla kunt plukken of een aardbei zo van de plant in de mond steekt, daar kun je toch blij van worden? Winst zit niet in de financiën, winst zit in het plezier van tuinieren. Niet alles draait om geld. Niet als wij ten minste vinden dat niet alles om geld draait!

Hotske Batteram.





maandag 23 juni 2014

Leven met de wind.


Ik houd van de wind. Echt waar, ik vind het heerlijk, een harde storm of een flinke tegenwind. Het zit in onze collectieve beleving, als je ten minste net als mij, op het platteland geboren bent, dan leef je met de wind. Vakantiegangers die hier komen fietsen wijs ik nog wel eens op de fietsrichting, houd rekening met de wind; neem het grootste stuk om het Slotermeer met de wind mee. Meestal is dat van Woudsend naar Sloten want op mooie dagen komt de wind uit het Noorden.

Nu deelt diezelfde wind de Friezen in tweeën. Met de komst van windmolenplannen is er een tweedeling. Voor of tegen windenergie. Hoe moet je als volksvertegenwoordiger ooit een keuze maken? Want je vertegenwoordigt het volk. Dat volk zijn wij met zijn allen en wat willen wij als volk? We moeten eerst terug naar wat ons wél bindt. En dat is heel basis, de elektriciteitsvoorziening. We willen allemaal elke dag stroom, en het liefst geen beperking. We hebben elke dag elektriciteit nodig. We kunnen niet een dag zonder, niet eens één uurtje. Moet je eens kijken wat er in je vriezer gebeurt, je was wordt niet gewassen, je pc werkt niet, je kunt niet eens koffie zetten, tv-kijken is er niet bij, we kunnen niet meer zonder elektriciteit.

Nee zeggen tegen windmolens is te begrijpen. We houden van Friesland, maar we zijn óók gewend aan de elektriciteit die, zo lijkt het, voor eeuwig uit onze stopcontacten komt. Laten we de discussie opnieuw beginnen met de eerste vraag die ons nog verbindt; we hebben elektriciteit nodig, dat is het eerste feit. Laten we dan invullen wat de beste optie is van energie leveren.



maandag 16 juni 2014

Normaal of niet normaal.


Nou leek hij niet op de ideale schoonzoon. Niet dat dat belangrijk is, want dochters zoeken nog altijd zelf hun man uit, maar spreekwoordelijk hebben wij een beeld bij de ideale schoonzoon. Deze jongeman leek daar van geen enkele kant op.

Dat hij niet erg breed was, zal aan zijn bouw hebben gelegen. Maar zijn haar droeg hij in een staart, een bos dreadlocks bijeen gebonden op zijn rug. Op zijn kin een sikje of eigenlijk een sik, daar zat veel haar. Hij viel op in het, voor de rest, normale gezelschap. En daar zit de clou, want wat is normaal? Als wij met elkaar hadden gevonden dat dreadlocks normaal zouden zijn dan hoorde hij er gewoon bij. Als elke jongeman een sik van vijf centimeter onder aan zijn kin had hangen dan zou dat normaal zijn. Maar hij viel bewust op. Oftewel hij had zijn eigen uiterlijk bewust gekozen. Mooi om te zien! Want wie zijn wij dan om daar ook maar íets van te vinden? Normaal of niet normaal? Als we al weten wat normaal dan is? Volgens de norm?

Zo nu en dan is er nog eens iemand die lekker uit de pas loopt. Lang leve degene die durft op te vallen. Ook fijn dat niet iedereen dat durft trouwens, dan vallen degenen die het wel doen ten minste lekker op.


Hotske 

maandag 9 juni 2014

Over voetbal.


Het moet toch ook een keer over voetbal gaan. Ik ben niet zo’n grote fan, maar ik snap het wel. Ik weet wat buitenspel is en hoe de regels werken. Maar als onze mannen spelen, ken ik niet alle namen. Dat zal in de komende weken wel veranderen. Voetbal heeft dus niet mijn eerste interesse, maar één ding boeit me enorm.

En dat is de bondscoach, de heer Louis van Gaal. Het lijkt bijna onmogelijk dat deze man een team kan coachen. Open staat voor een gesprek of luistert naar een speler. Hij lijkt mij bruut. Geen beweging te krijgen in de gelaatstrekken van de man. Hij lijkt het type: hard maar goudeerlijk.

Ik vond die Dick Advocaat zo’n aardig vadertje, die zou je wel om extra vrije dagen durven vragen. En dan van Marwijk, daar wil ik wel een kopje koffie mee drinken, ja een leuk type. Maar Louis? Naast hem zitten als hij weer zo ijverig schrijft over een slechte pass of over verdedigwerk waar de tegenstander gemakkelijk doorheen komt?

Naast hem stuiter je van energie, maar waarschijnlijk ook van een onnavolgbare passie en een moordende strijdlust. En als er dan kleine zweetdruppeltjes op zijn voorhoofd verschijnen en hij tot achter zijn oren rood wordt van de spanning, zal ik zachtjes tegen hem zeggen; luister eens Louis, het is maar een spelletje.


Hotske

maandag 2 juni 2014

Tot ziens.


Vijfendertig jaar lag de boot bij ons in de jachthaven. Nu wilde de zoon op zoek naar ander water en een nieuwe ligplaats. Ooit waren de vader en de moeder samen begonnen met de mooie zeilboot. Alle vakanties werd er gezeild en de beide jongens groeiden op met watersport en varen in Friesland.

De zonen werden volwassen en in het mannengezin had de vrouw een grote rol. Ze werd ziek en redde het niet. De vader en één van de jongens bleven de boot gebruiken. Er kwam zelfs een nieuwe vrouw in het gezin. Het watersportleven kabbelde van seizoen tot weer een nieuw seizoen verder.

Vanmorgen voer hun boot de haven uit. Een nieuwe toekomst tegemoet. En in een haastig afscheid, omdat er te veel te vertellen was, stapte de zoon aan boord. Het was voor de vader te emotioneel, hij was er niet. En zonder dat de woorden werden gesproken, dachten we aan de moeder, die al vroeg was gestorven. Ik zag haar mooie gezicht met ogen die altijd schitterden. Zorg had ze ook om haar zonen. Vrouwelijk was ze en dat viel op in het mannengezin. Een stralende vrouw, dat is wat ik me herinner en vanmorgen was ze weer even op de haven.


Het “bedankt” was niet alleen beleefd, maar vertelde ook zoveel over de herinnering aan hun gezin. “Ik stuur een kaartje”, zal er vast niet van komen. Hij riep nog; “als ik overal geweest ben kom ik weer terug”, dat zou heel goed kunnen. Tot ziens, zeiden wij. En dat is altijd de mooiste groet.