maandag 29 juni 2015

Voor Thé Lau


Hij werd ziek, maar ging niet zitten wachten op de dood. Dat is krachtig. Vanuit de persoon zelf gezien is dat een mooie manier om letterlijk met de dood voor ogen, nog volop te leven. Thé Lau was zanger, levenskunstenaar, maar vooral schrijver. Hij gaf aan de massa mee; “iedereen is van de wereld en de wereld is van iedereen”.

Hij speelde met woorden. Door hem kwam ik op de term; intertekstualiteit, hij vertelde daarover aan tafel bij Umberto Tan. Intertekstualiteit betekent dat je teksten schrijft, waarin de echo van al eerder geschreven woorden zit. Mooi is dat. Iedereen die schrijft heeft woorden nodig om te beschrijven. Meestal om gevoel te beschrijven. Een echo van bestaande regels duiden dan de betekenis. Het zou ook te veel zijn voor één iemand om dat allemaal te bedenken, het leven is te groots, te gecompliceerd om dat allemaal in je eentje te duiden.
Leen woorden van anderen, teksten bij de vleet. Uit zijn lied; “iedereen is van de wereld” komen de zinnen; dit is voor degene die je overal herkent, het leven is voor jou en mij, want dit is ons moment.

Hij schreef ook het lied; tijd is kort; doe wat je moet doen onder de hemel, en dat deed hij. Je zou denken dat hij hier woorden van Prediker leent; alles heeft zijn tijd. Intertekstualiteit, het woord op zich is al mooi. Woorden die je zelf doorvoelt, mag je lenen en delen. Op facebook delen we dat het een lieve lust is. Met dank aan alle schrijvers, groot en klein. Dank voor je woorden Thé Lau;

Ik hef het glas op jou, je bent niet alleen.



maandag 22 juni 2015

Ben jij alert?


Het leek alsof er geen inspiratie was. Dat klopt niet helemaal, want inspiratie heb ik altijd. Dat gaat over de drive om iets te schrijven, de lol die een hobby of een talent met zich mee brengt. Maar de uitvoer is iets anders, er leek niets te gebeuren dat het beschrijven waard was. Om dan achter een beeldscherm te gaan zitten wachten schiet niet op, zo werkt het niet. Wat wel werkt is alert zijn. Dat werkt altijd. Alert, bijna waakzaam zijn om te observeren wat er gebeurt.

En op het moment dat mijn verstand de mogelijkheid overweegt om aan een columnloze week te beginnen, komt hij binnen. Lang leve de beroepen die bestaan uit contact met mensen. We zijn werkelijk een boeiende soort. Hij kwam binnen en zijn uiterlijk was bijzonder. Grijs haar en grijze baard, vooral veel haar en veel baard. En ergens in die baard was een mond, want uit de baard kwam een pijp. De pijp stonk, maar daar ging het niet om. De man had een uitstraling, werkelijk een erg relaxed mens. Hij nam het leven zoals dat komt. Naast de weinige woorden die hij sprak, zeiden zijn ogen zoveel meer. Hij wilde zijn ervaring delen; moeilijk doen is overbodig, ga mee met het gemak van het verstrijken der dagen. Je kunt het jezelf gemakkelijk maken als je buiten de enge en vaste regeltjes loopt. Zeker de door jezelf opgelegde regels.


Pak het smalste wandelpad, het verst weg van de gebaande paden. Daar zijn de regels losser, hoef je alleen maar alert te zijn op wat het leven je brengt. Je leeft een treetje dieper als je alert bent, daar liggen de schatten van het leven. In ieder geval zijn daar de onderwerpen voor mijn columns.

maandag 15 juni 2015

Met een hoed.


Meisjes met hoeden hebben flair en durf en plezier. Echt waar, zet maar eens een hoed op! Het pubermeisje droeg zwarte kleding, het basiszwart waarbij je nog geen kleur hoeft te bekennen. Zelfs in de zomer is zwart voor pubermeisjes het veiligst. Maar in het prachtige kind schuilt een krachtige vrouw, het kan niet anders. Ze draagt haar zwarte hoed met flair. Een aantal factoren werken in haar voordeel om de hoed op te zetten. Ten eerste kent niemand haar in de vreemde omgeving, bovendien zet de modetrend komende zomer in op hoeden.

Het laatste beetje puberonzekerheid zit haar nog in de weg, maar ze durft de hoed te dragen. De grote zwarte rand geeft zwier en flair aan haar loopje. Je moet naar haar kijken en waarschijnlijk heeft ze daar geen rekening mee gehouden, dat ze nu toch meer aandacht krijgt dan dat een puber eigenlijk wil. Wat een dilemma voor een pubermeisje; niet willen opvallen en wel je eigen identiteit moeten zoeken.


Ze heeft durf om tussen andere meisjes van vijftien een eigenheid te laten zien. Heren met pakken doen dat ook, ze zoeken naar een hippe stropdas of naar kleurige schoenen. Mannen met spijkerbroek kunnen het ook, ze dragen een fel gekleurd shirt of overhemd. Vrouwen doen het ook, met een jurk of een hakje of een zwierige sjaal. De zomerzon helpt ons bij het zoeken naar dat vrijheidsgevoel. Het laten zien van je eigenheid. Het werkt echt, gewoon een hoed opzetten en jouw flair komt naar buiten. Waarom zou je het laten? Je bent wat je draagt!

Hotske

maandag 8 juni 2015

De geboorteboom.

  
Het waaide hard. Echt heel hard en de boom verloor. Hij kon niet anders. Een volle windvlaag denderde om de hoek van het huis en was sterker dan de wortels van de lijsterbes. Al jaren staat hij in de voortuin, ooit gekregen als geboorteboom. Er wordt op hem gepast hij is verbonden met één van onze kinderen.

Al die jaren is er ook de zorg om de boom, hij is namelijk niet goed geworteld. Niet goed geaard. Hij staat niet stevig met zijn wortels in de grond. Elke gezonde sterke boom heeft onder de grond net zo veel wortels dan takken boven de grond. Maar onze lijsterbes is maar voor de helft geworteld. Al van af het begin heeft hij moeite met zijn wortels. Hij staat op een hoek en is elke keer de dupe van stormvlagen. De helft van de wortels wordt dus steeds losgetrokken.

Als je naar de boom kijkt zie je het niet, hij doet zijn best, staat goed in het blad. Maar afgelopen week werd hij letterlijk omver geblazen. Hij lag om en dat deed zeer. Sterke mensenhanden hebben hem weer overeind gezet. Een stuk touw geeft hem aan twee zijden steun. Het gezonde verstand zegt; hij redt het niet. Maar hij staat al achttien jaar! Een bomenfluisteraar hebben we niet nodig, we snappen dat hij uit alle macht probeert te aarden op de plek die eigenlijk te veel windvang heeft.

Wij fluisteren wel tegen hem, dat we blij zijn met de lijsterbes. Dat hij speciaal is omdat hij een geboorteboom is. De boom weet dat hij in evenwicht moet zijn, je moet goed aarden, stevig staan om de stormen aan te kunnen. Het kind weet dat ook. Ze ziet het letterlijk in de voortuin.

Hotske


maandag 1 juni 2015

Over de rede.


Ik was er niet bij. Ik kan er dus niet over oordelen. Maar de krant bericht over de voordracht die “Rede van Fryslân” heet. Alleen al om die naam zou je de meest fantastische, de meest gloedvolle en de meest visionaire Rede moeten houden. Nogmaals ik was er niet bij, maar ik vind er wel iets van! De Rede van Fryslân werd voor de vierde keer uitgesproken, om als spiegel te fungeren en als vooruitblik naar 2040. Als je de kans krijgt om voor een club pommeranten, (dit is een fries woord geloof ik, betekent prominenten) een verhaal te houden, dan moet dat klinken als een klok.

Zeg je Fryslân dan denk ik al snel aan de Mienskip, de doarpen, de saamhorigheid. Het is een pracht opdracht om je als individu te ontplooien in die gemeenschap. Sterker nog het is krachtig als je authentiek bent en er achter komt dat je dat het beste kunt laten zien in een gemeenschap. Als we het individualisme omzetten in ontplooiing dan kan het bijna niet anders dan dat ieder individu bijdraagt aan het geheel. Tweede stap is dat we dan open moeten staan voor nieuwe ideeën, dromen. Elk idee, echt iedere handeling komt voort uit een gedachte. Als we nu zorgen dat de gedachten ten goede komen aan het geheel, aan ons allemaal. We kunnen bovendien afspreken dat die gedachten positief zijn. Vanuit kansen en mogelijkheden.

Er moet natuurlijk ook iets concreets in de Rede, je staat ten slotte voor bestuurders, de dames en heren Gedeputeerden, Statenleden en Burgemeesters, die naar eer en geweten hun energie voor Fryslân gebruiken. Idee is om de dorpen en wijken meer bestuurskracht te geven, kunnen ze hun ideeën en dromen waarmaken. Elk dorp een dorpshuis met zonnepanelen en een eigen energiecoöperatie, een jeu-de-boules-baan en een speeltuin en sowieso een dorpstuin. Mogelijkheden genoeg. Geef de dorpen de opcenten van de motorrijtuigenbelasting terug. Gebruik dat als startkapitaal om het geld weer in het dorp te steken. Ik moet hier nog even over nadenken, want nu zou veel autogebruik dus veel geld opleveren. In een duurzame samenleving klopt deze aanmoediging niet helemaal. Het gaat ook niet om geld, het gaat om een startkapitaal naar de dorpen. Er zou ook een groep, net als de plaatselijk belangen nu zorgen voor het dorp, een groep van oudsten moeten komen, die zorgen voor de mensen. Die “oudsten” hoeven niet echt de oudsten te zijn, zet er ook een tiener in en een kunstenaar in ieder geval een vrijdenker.

Net als ontplooien op persoonlijk vlak in de samenleving, kan een dorp zich ontplooien in de wereld, daar moet het verhaal weer bij elkaar komen. Ik kan nog wel even doorgaan met deze uitwerking maar dat past niet in deze column. Die is nu al veel te lang. Bovendien moet de Rede van Fryslân gehouden worden door iemand van buiten Fryslân. Beetje jammer, we kunnen zelf toch ook wel in de spiegel kijken?


Hotske