maandag 24 april 2017

Voorjaar.

We dachten dat je dood was. Zo zag het er ook uit. In de winter nemen alle bomen hun vertrouwde rust om dan in het voorjaar weer volop in bloei te staan. De grote kastanjeboom heeft een prominente plaats in de tuin. Kastanjes liggen in de herfst overal en in de zomer ben je een pracht. Je zorgt dan bovendien voor verkoeling. Maar afgelopen najaar waren we bezorgd, je zag er ziek uit. De schors van je stam liet los en overal waren zweetplekken. We stonden er bij en hoopten er het beste van. Het is de bloedingsziekte, het ziet er erg triest uit. We vroegen zelfs een deskundige, want de trots van onze tuin omzagen als het niet echt noodzakelijk is, dat doen we natuurlijk niet. Maar, nee ook deze man vond de boom dood en adviseerde voor onze veiligheid de boom met zijn zware takken te kappen. We stonden er bij, keken er naar en hoopten nog steeds. De winter kwam en we stelden het kappen nog een seizoen uit. Het risico van takken die af zouden breken vonden we niet erg groot, of wilden we liever niet horen.
Veel Kastanjebomen schijnen last te hebben van deze bloedingsziekte, vooral in woon-werkomgeving. En dat komt omdat de boom te weinig ruimte krijgt. Heb je wel eens gezien hoe stoepen tot aan zijn stam worden betegeld, hoe moet zo’n boom dan aan water en lucht komen? En zijn eigen tot compost geworden kastanjebladeren komen nooit door de trottoirtegels heen. Zijn weerstand wordt logischerwijs slechter. Wat staat hier eigenlijk? Woon-werkomgeving, te weinig ruimte, geen lucht meer, de weerstand is weg omdat we het natuurlijk systeem dwarsbomen, geldt dit alleen voor bomen? Klinkt dit ook als bij mensen?

Elke keer als we op het pad langs de Kastanjeboom liepen, hoopten we op het beeld van een bloeiende kastanje in het voorjaar. Soms tegen beter weten in, een volgende keer hoopvol. En toen op een dag zagen we een minuscule verdikking op de einden van de takken. We stonden er bij en elke dag groeide de boom, nu staat hij prachtig in het frisse blad. Hij staat te pronken en is de trots van onze tuin. Hij heeft zijn natuurlijke weerstand weer gevonden. 

maandag 17 april 2017

In de klas.


Er zit een nieuw jongetje in de klas. Hij moet even wennen. Is een beetje eigenwijs en denkt vooral dat hij het zelf het beste weet. Psychologen zouden zeggen; een echt alfamannetje. Zo’n hoofdaap die de baas speelt ten koste van alles. Hij moet nog uitzoeken wie zijn vriendjes gaan worden en luisteren naar de juf is er niet bij. Voor de andere jongetjes in de klas is het ook wennen, want de rangen en standen moeten opnieuw bepaald worden. Ik ben een meisje en kom ook nog eens uit een meisjesgezin, dat er gevochten wordt op het schoolplein en dat daar blauwe plekken uitkomen, ken ik niet zo goed. Dat er machtsspelletjes gaande zijn dat begrijp ik wel, maar de letterlijke kleerscheuren ken ik niet.
In het klasje van de nieuwe jongen zitten alleen maar jongens. Ze heten Vladimir en Bashar met de achternaam Assad, nog een Noord-Koreaans ventje en een jongen uit China. Eigenlijk zitten deze jongetjes in de combinatiegroep met een aantal jongens uit andere landen en één meisje, zij heet Angela.
Tsja, als je columns mag schrijven kun je er nog een geintje van maken. Mag je heel even zeggen dat als belangrijke mannen grote machtspelletjes spelen, zij eigenlijk op het niveau van een basisschoolklas zitten. Als bommen niet zo’n grote impact zouden hebben zou je echt mogen lachen om de mannen die zichzelf op de borst slaan. Kijk mij eens, ik ben de held, de alleenheerser, ik bepaal en heb de macht.

Je zou wensen dat er een schoolpleintje bestaat voor grote mannen die allang niet meer in klasjes zitten. Dat er machtsspelletjes gespeeld worden dat snap ik, maar de kleerscheuren begrijp ik niet. Zeker niet voor onschuldige mensen. Je hoopt dat er een leerkracht is die de jongens leert omgaan met winnen en verliezen, met machtsvertoon en hoe je vrienden maakt.

maandag 10 april 2017

Hoe gaat het?


Ineens was het voorjaar. Bloembakken riepen om frisse viooltjes dus op naar het tuincentrum. Heel veel bomen, boompjes en struiken en heel veel bakken met fleurige bloemen. Het viel nog niet eens mee om een keuze te maken. Er waren meer mensen op zoek naar tuinplanten. Het is een beetje een rare manier van natuur maken, iemand kweekt bomen en koopt plantjes in, die wij dan weer in ons eigen tuintje kunnen planten. Ik weet niet of Onze Lieve Heer het zo bedoeld heeft, maar we maken de wereld een beetje mooier.

Iets verder zag ik een echtpaar ook zoeken naar nieuwe planten. En sommige silhouetten vergeet je nooit. Ik keek nog eens, maar wist het allang, daar staat hij! Mijn allereerste vriendje. Op de één of andere mysterieuze manier voelt hij natuurlijk ook dat ik daar sta. We lopen naar elkaar toe met ogen die onderzoeken en die vragen willen stellen. Er worden handen geschud. Zijn vrouw ken ik nog van vroeger. Hij is dus getrouwd, heeft een baan en ziet er goed en gezond uit. In no time taxeer ik zijn lengte, hij is groter dan vroeger, ik moet ietsje omhoog kijken. En zijn ogen wil ik peilen, gaat het goed met je, ben je goed terecht gekomen, ben je blij, ben je gelukkig? Veel te veel vragen. Veel te kort ook om daar tussen de pampus en de laurier veertig jaar bij te praten. De vraag houdt me bezig; gaat het goed met je? Je wilt gewoon dat het goed is met iemand die ooit een grote betekenis in je leven heeft gehad. De vraag hangt daar om ons heen; gaat het goed met je? En wat betekent dat dan exact? Ben je gelukkig en heb je de dingen gedaan die je wilde doen? Heb je je ware aard gevonden en ben je gevallen en weer opgestaan? Heb je geleerd en ben je een beter mens geworden, wat dat dan ook maar betekend. Heb je de kunst van leven ontdekt, misschien is dat wel de mooiste vraag.


Lieve man, het ga je goed.

maandag 3 april 2017

Over auto en ego.


We hebben wat autogarages bezocht. Het klinkt alsof je naar een museum gaat, en daar lijkt het ook wel op. Je krijgt koffie, vooral als je interesse voor een bepaalde auto toont. Je zit aan een mooie hoge tafel, achter een rij gepoetste, glimmende auto’s. Sommige auto’s ruiken zelfs lekker, naar frisse bloemen en pas gemaaid gras. Men heeft daar geursprays voor, denk ik. Dat zijn kleine dingen om het de potentiële koper naar de zin te maken. Het is lastig om de sfeer gezellig te maken, de panden waar al die vehikels staan zijn vaak groot met betonnen vloer. De wanden kleurloos want de auto’s moeten opvallen. De grote glazen puien zijn dan wel weer mooi.
Ik kan wel recensies gaan schrijven, want ook de heren verkopers, het zijn altijd mannen, zijn het vermelden waard. Een nette broek met hippe schoenen komt het meeste voor. Ik heb zelfs mooie bruine en blauwe suède exemplaren gezien, de mannen in kwestie kregen er extra cachet door. Ze hadden een kokette pas en moderne uitstraling, ook al was hun verdere outfit wat saai. Het is lastig om de juiste kledij te kiezen, het moet niet te chique, je verkoopt slechts een auto, je bent geen notaris of bankdirecteur. Maar in spijkerbroek met bouwvakkersnaad, dat kan echt niet.
De meeste autoverkopers kijken eerst even wat voor stel zij voor de neus hebben staan, en of de man en de vrouw wel echt geïnteresseerd zijn, zo handelen zij allemaal. Als je dan voor dat ene model komt, je hebt immers op het hele internet alle beschikbare auto’s al tien keer kunnen bekijken, dan komt er al snel een verkooppraatje. Je mag dan ook mee naar de aparte kantoortjes, ook dat is bij alle garages dezelfde volgorde van afhandelen. Die praatjes zijn tegenwoordig prima, ik heb geen onredelijke voorstellen gehoord. Nou, op één na dan. We hadden een meningsverschil over de auto, de jonge verkoper werd er nerveus van. Zijn baas, waarschijnlijk de garagehouder, kwam er zelfs bij kijken. Als volleerde autoverkoper voelde hij zich aangevallen en werd ook wat agressiever in het praatje. Hij had volgens mij een prima bedrijf, maar zelfs op zijn leeftijd kwam het ego pats boem op de voorgrond. Door dat ego, werden wij opeens snotneuzen. We begrepen allemaal dat de verkoop er niet meer in zat, maar we moesten het spel met het ego-mannetje wel spelen. We kregen nog extra koffie uit een kartonnen bekertje. De laatste scene speelde zich af onder de autobrug. Het ego bleef, meebewegen met de klant was nog steeds een te grote opgaaf.
We hebben nog geen andere auto, wel een column.