In Duitsland wenst men elkaar een
Guten Rutsch, als eindejaarwens. Wij zeggen “een goed uiteinde”, nou heb ik niet
zoveel met die korte termijnwensen. Net zoals je om vijf voor twaalf iemand nog
een goedemorgen wenst. Meer heb ik met het “gelukkig nieuw jaar” of “een gezond
2014”. Maar nog steeds vind ik in die woorden niet alles wat ik een ander wil
toewensen. In de woorden “een Guten Rutsch” zit dat wel. Rutsch is afgeleid van
reis, van Reise. De Guten Rutsch betekent een goede reis in het nieuwe jaar.
Daar kan ik wel wat mee. En dat
hoeft echt niet te betekenen dat je op vakantie gaat, de reis is natuurlijk je
levensreis. En daar wens ik je graag het allerbeste mee.
Voordat ik dit wist, dacht ik bij “Rutsch”
altijd aan een glijbaan, een roetsjbaan, zo’n hele lange hoge waar je eigenlijk
niet eens van af durft te glijden. Je bent omhoog geklommen via een enge trap. Tree
voor tree dacht je het wel te kunnen. Bovenaan houd je je stevig vast aan de koude
ijzeren leuning. Niet echt wetend wat de roetsj je zal brengen.
Het leven bestaat uit vele roetsjen,
niet altijd weet je wat je te wachten staat. Maar de glijbaan van het leven geeft
je kansen om midden in het leven te roetsjen. Ik wens je een goede roetsj.
Guten Rutsch.
Hotske