Ineens
was het voorjaar. Bloembakken riepen om frisse viooltjes dus op naar het
tuincentrum. Heel veel bomen, boompjes en struiken en heel veel bakken met
fleurige bloemen. Het viel nog niet eens mee om een keuze te maken. Er waren
meer mensen op zoek naar tuinplanten. Het is een beetje een rare manier van
natuur maken, iemand kweekt bomen en koopt plantjes in, die wij dan weer in ons
eigen tuintje kunnen planten. Ik weet niet of Onze Lieve Heer het zo bedoeld
heeft, maar we maken de wereld een beetje mooier.
Iets
verder zag ik een echtpaar ook zoeken naar nieuwe planten. En sommige
silhouetten vergeet je nooit. Ik keek nog eens, maar wist het allang, daar
staat hij! Mijn allereerste vriendje. Op de één of andere mysterieuze manier
voelt hij natuurlijk ook dat ik daar sta. We lopen naar elkaar toe met ogen die
onderzoeken en die vragen willen stellen. Er worden handen geschud. Zijn vrouw
ken ik nog van vroeger. Hij is dus getrouwd, heeft een baan en ziet er goed en
gezond uit. In no time taxeer ik zijn lengte, hij is groter dan vroeger, ik
moet ietsje omhoog kijken. En zijn ogen wil ik peilen, gaat het goed met je,
ben je goed terecht gekomen, ben je blij, ben je gelukkig? Veel te veel vragen.
Veel te kort ook om daar tussen de pampus en de laurier veertig jaar bij te
praten. De vraag houdt me bezig; gaat het goed met je? Je wilt gewoon dat het
goed is met iemand die ooit een grote betekenis in je leven heeft gehad. De vraag
hangt daar om ons heen; gaat het goed met je? En wat betekent dat dan exact? Ben je
gelukkig en heb je de dingen gedaan die je wilde doen? Heb je je ware aard
gevonden en ben je gevallen en weer opgestaan? Heb je geleerd en ben je een
beter mens geworden, wat dat dan ook maar betekend. Heb je de kunst van leven
ontdekt, misschien is dat wel de mooiste vraag.
Lieve
man, het ga je goed.