maandag 23 september 2013

Een hoofdrol voor Piet.


Vorige week vertelde ik over bagage. Nu kan ik zeggen dat die bagage op orde was. Ik heb heerlijk gelopen langs de Zuid-Hollandse kust. Hagelbuien op blote kuiten, hoosbuien waar je nat van wordt en harde wind die me precies in de cadans van het lopen bracht. Ik heb genoten van kilometers strand. Langs bekende badplaatsen. Waar de strandtenten je laten geloven dat het altijd zomer is. Waar ik me kan voorstellen dat er zonovergoten dagen bestaan en waar alleen al het woord “boulevard” beelden van zwoele warme zomeravonden brengt.

En dan zijn er de ontmoetingen. Op de derde dag, de meest lastige voor spieren, overweeg ik om aan een fiets te denken. Dan moet je op zoek naar een fietsenzaak. Op dat moment komt er een politiebusje aanrijden, mijn hand gaat omhoog en de heren stoppen terstond. Ik vraag hen de informatie en zij wijzen mij, als goed diender, de weg. Dat blijkt nog niet zo eenvoudig dus word ik uitgenodigd in het busje en keurig bij de fietsverhuurder afgeleverd. Daar kennen ze geen systeem van fietsen verhuur, die dan weer op andere locaties in andere plaatsen worden opgehaald. Ik kan een fiets huren maar die moet ook weer terug. Daar schiet ik niks mee op. Ik bedank de man voor zijn informatie en sta weer op de straat. De heren politieagenten zijn natuurlijk vertrokken, zij spelen niet de hele dag mijn taxi. Er zit niets anders op dan lopend weer richting het strand. Natuurlijk gaat het dan ook regenen maar de moed laat ik niet zakken. Ik zie een aardig oud baasje. Hij doet de klep open van zijn rommelige auto en zijn hond springt erin. In de tien meters die ik heb te gaan, bedenk ik of ik de vraag kan stellen, of hij zijn hondje op het strand gaat uitlaten. Hij antwoordt dat hij niet naar het strand gaat, maar me wel wil brengen! En hij vertelt. Een paar jaar geleden heeft hij een hersenbloeding gehad en iedereen zei: dat wordt niks met Piet. Maar zo moet je niet denken zegt Piet. Nu rijdt hij elke dag naar zijn stukje land. Brengt het oude brood dat hij krijgt naar zijn beestjes. En het gaat goed met Piet. Hij is een tevreden mens, zo zegt hij zelf. Hij zet me af bij het strand en wenst me een fijne wandeling.

Ondertussen zijn mijn knieën weer in staat om mij over het strand te dragen. Ik heb genoten van mijn ontmoeting met de zee en van de ontmoetingen met mensen.


Hotske.