Hij hield de grote orchidee stevig
vast. Zijn hand beschermend om de plant heen. Het waaide erg hard. De wind had
vrij spel en speelde met de paarse sliertjes die als versiering waren
vastgeniet. De jongen deed erg zijn best om de grote plant veilig thuis te
krijgen.
Hij had in de bloemenwinkel met veel
zorg de grote plant met paarse orchideebloemen uitgezocht. Dat uitzoeken is nog
een hele klus. Want hoe vind je de mooiste bloemen voor de liefste moeder. Bij
de bloemist was ook een jonge vrouw. In haar handen had ze een heel groot bos
bloemen. Werkelijk het grootste en het mooiste bos. Ja, zei ze liefdevol, ik
weet zeker dat ze dit mooi vindt.
Vroeger liep ik zo vanaf het erf de
weilanden in, plukte grote bossen met boterbloemen. Soms denk ik dat de kans
groot is dat generaties na ons geen bloemen meer kopen. Bloemen die gekweekt
worden in kassen of in verre landen. Generaties na ons vinden dat misschien wel
onzin, of ze gaan klimaatneutraal bloemen kweken, dat kan ook. Gelukkig zijn er
weer weilanden en bermen waar boterbloemen en zuring groeien. We weten nu zelfs
dat we bloemen kunnen eten. Door de sla of zo. Of pesto van de brandnetel? Ik weet
het niet, voor nu houd ik het op een bos bloemen.
De schat van een jongen haalt het ook
nog niet in zijn hoofd, om met een bosje brandnetels naar zijn moeder te gaan,
maar wie weet. Ze zal de orchidee vast en zeker prachtig vinden. Moeders vinden
alle gekregen bloemen prachtig, ook een bosje boterbloemen.