maandag 13 augustus 2012

De liefde.


Dit epistel heeft een hoog zomergehalte en ik vraag me af of overpeinzingen in de wintermaanden een meer filosofisch karakter hebben. Maar vandaag is het een bouquetreeks-niveau. Het zij zo.
Alleen al van het woord “cruise” krijg ik romantische beelden; zonovergoten terrassen met heerlijk ijskoude drankjes, charmante obers die je rug ook wel willen insmeren. Ik keek dus met grote belangstelling naar het cruiseschip dat ging aanmeren in de kleine stad. De gasten waren behoorlijk op leeftijd en nadat de boot keurig was vastgelegd, zorgde het personeel ervoor dat ieder zijn eigen rollator kreeg.
De steiger was breed genoeg en zo slenterden er op een mooie zomeravond ineens allemaal ouderen door het stadje. Ze wilden allemaal het vrouwtje bekijken.
En ik bedacht dat als ze terug kwamen aan boord het al schemerig zou zijn. Zouden ze nog een glaasje port gaan drinken? Of een advocaatje weg lepelen? Zou er een zacht muziekje klinken in de grote zaal? Zou er nog iemand verlangen om te dansen? Zouden ze oog hebben voor het uitzicht met de lichtjes aan de horizon? Zouden ze plezier hebben en zouden er mensen dromen over Titanic-achtige taferelen? Hopend op een toevallige ontmoeting op het achterdek? Zouden ze dromen over de liefde in hun leven?
Ik had het hen wel willen vragen: heb je de liefde gekend?

Hotske 13 augustus 2012