Terwijl de ene helft
van ons schaatst en de andere helft bij de kachel zit, ben ik op cursus. Het
gaat over voeding. Over vulling en voedsel en verleidingen. Vulling is iets
eetbaars naar binnen werken. Voeding daar kun je bij een goed werkend lichaam
iets uit halen, zodat je lichaam goed blijft werken. De schaatsers waren ook
met eten bezig, want daar hoort chocolademelk bij, het liefst met slagroom. En
de kachelmensen vonden het koud, daar moest dan ook van alles in. Het was
bovendien vakantie, dus iets lekkers mag. De paaseitjes liggen alweer in de
schappen. Paasbrood trouwens ook. We weten onderhand wel dat dat brood
hetzelfde is als met de Kerst. Maar het wordt verkocht en levert dus geld op. Elke
gelegenheid zijn eigen voedsel. En dan heb ik het nog niet eens over
verjaardagen met taart en chips en frisdranken. Daar zit ook emotie aan vast,
want dan is het gezellig dan moet er lekker eten bij. Dat gaat allemaal
onbewust. Want bij koffie en een lekker stukje gebak, vers van de bakker, dan loopt
het water de mond in. Altijd en overal is er eten. En omdat er altijd en overal
eten is, eten we ook altijd en overal. Verleidingen zijn dus overal. Het is de
vraag wie er bepaalt wat er in jouw mond gaat. De winkels en de
voedingsindustrie zorgen voor ons voedsel. Maar wat is hun belang, gaat om geld
of om onze gezondheid?
De tijd van
klakkeloos eten wat reclame zegt is voorbij. Luisteren naar voedingsonderzoeken
in opdracht van de voedingsindustrie zelf is ook voorbij, domweg eten wat er in
het schap ligt ook. Bij voedsel is de kanteling naar bewust worden ook duidelijk
in gang gezet. Weet wat je eet!