Natuurlijk houden wij van de zon.
Het is onze enige bron van licht. Zonder zonlicht, geen leven. Zonder zon is er
geen leven mogelijk hier op aarde, voor geen enkel levend wezen. Daarom is het
na grijze dagen ook weer zo heerlijk om het zonlicht te zien. Ons hele lichaam
reageert op de zonnestralen. Van het opnemen van vitamine D tot het hormoon dat
er voor zorgt dat wij ons vrolijk voelen.
En natuurlijk weten wij allemaal dat
als er een grijze dag is en de lucht vol met wolken hangt, er toch een zon is.
Die zon is er altijd, hij schijnt ook werkelijk dag in dag uit. Wij weten het
wel, maar we zien het niet. In grijze weken in januari vergeten wij dat er een
zon is die altijd schijnt.
Ik ook, ik wist het wel, maar toch
was ik het vergeten. Tot het moment dat mechanische vleugels mij boven de
wolken brachten. En daar zag ik de zonnestralen. Boven een heel pak met wolken
straalt de zon altijd. Ik moest het weer even zien om te weten dat de stralen
echt altijd schijnen. Wonderbaarlijk, als de wolken verdwijnen, zie je alles
anders.
Net zoals in de wereld, als de
wolken verdwijnen, zie je hoe het is om echt te leven. Lees maar wat je hier
wilt lezen. Het gaat over wolken, die verdwijnen, over de ruis in ons leven,
waardoor we het echte leven niet meer zien. Als de wolken zijn opgelost, zie je
alles helder. Soms zie je een wolkje, soms een heel wolkenpak, maar altijd is
de zon er, ook al zie je hem niet. Het gaat om het vergeten of het weten. Als
je wilt is dit een pracht van een metafoor.